
Tijdens inspanning werken verschillende organen samen om de bloedsuikerspiegel nauwkeurig te reguleren. Bij mensen met type 1 diabetes ontbreekt deze automatische regulatie, waardoor zij het 'denkwerk' van de alvleesklier zelf moeten invullen. Lichaamsbeweging bij type 1 diabetes heeft tal van bewezen voordelen voor de gezondheid. Maar het kan ook leiden tot een te lage of te hoge bloedsuikerspiegel. Een grondige kennis, zorgvuldige voorbereiding en voortdurende alertheid zijn daarom onmisbaar.
Wat moet je weten voor je begint?
Het mechanisme achter sporten
Tijdens het sporten worden verschillende energiesystemen aangesproken in het lichaam. De spieren gebruiken glucose als brandstof. Deze wordt langs twee routes aangeleverd:
- In de spieren worden glucosevoorraden, genaamd glycogeen, omgezet naar glucose.
- Via het bloed wordt extra glucose opgenomen in de spieren.
De alvleesklier of pancreas zal tijdens een inspanning minder insuline vrijzetten. Dit stelt de lever in staat om te zorgen voor een constante aanvulling van glucose in het bloed, door zijn eigen glycogeenvoorraad om te zetten. Bij personen zonder diabetes balanceert het lichaam insuline en glucagon perfect, waardoor de bloedsuikerspiegel relatief stabiel blijft tijdens het sporten.
Bij personen met T1D werkt het mechanisme anders doordat er geen eigen insulineproductie meer is. Ze moeten hierbij anticiperend denken want het toegediende insulinegehalte past zich niet aan aan de veranderende fysieke behoefte, zoals tijdens het sporten. Met andere woorden, de automatische insulinedaling in het lichaam vindt niet plaats. Daarnaast zal door de aanwezigheid van insuline de vrijzetting van glucose uit de lever verhinderd worden. Het suikergehalte in het bloed wordt dus voornamelijk bepaald door wat men vooraf eet en de hoeveelheid insuline die men ingespoten heeft.
Verschillen tussen persoon met en zonder T1D:
Mechanisme |
Persoon zonder T1D |
Persoon met T1D |
Insulineproductie |
Past zich automatisch aan |
Moet zelf worden ingesteld |
Spieropname van glucose |
Werkt goed, zonder extra insuline |
Werkt goed, maar insuline kan hypo’s veroorzaken |
Leverafgifte van glucose |
Wordt gestimuleerd door glucagon |
Werkt minder goed bij veel insuline |
Bloedsuikerregeling |
Stabiel door balans insuline/glucagon |
Risico op hypo of hyper zonder aanpassing |
Het olympisch symbool toont de belangrijkste aandachtspunten voor sporten met T1D:

Energiesystemen

Het type sport bepaalt op welk energiesysteem je lichaam terugvalt. We onderscheiden de 2 voornaamste energiesystemen:
- Aerobe systeem (duursporten): Dit systeem haalt zijn energie uit koolhydraten en vetten in de aanwezigheid van zuurstof. Zuurstof breekt melkzuur af waarbij er nieuwe energie vrijkomt. Aerobe inspanningen zijn inspanningen met een lagere harstslag, waarbij zuurstof aangeleverd wordt in de spieren en je bloedsuikerspiegel zal dalen.
Bijvoorbeeld: wandelen, fietsen, joggen, zwemmen, … - Anaerobe systeem (krachtsporten): Dit systeem haalt zijn energie uit glucose en glycogeen, in de afwezigheid van zuurstof. Het eindproduct is melkzuur, een deel hiervan wordt gerecycleerd in de vorm van glucose. Hierdoor zal de glycemie stijgen. Dit systeem geeft voldoende energie voor 10 seconden tot 3 minuten en wordt aangesproken bij zeer intensieve inspanningen en krachtsporten.
Bijvoorbeeld: gewichtheffen, judo, sprinten, verspringen, …
7 Beweegtips
- Begin rustig: Bouw inspanningen geleidelijk op om de reactie van je lichaam te leren kennen. Start met een inspanning van korte duur en lage intensiteit. Wees als nieuwe sporter voorbereid op dalingen/stijgingen van de bloedsuikerspiegel.
- Meet je bloedsuikergehalte: Controleer je bloedsuikerspiegel voor, tijdens en na het sporten. Voorkom een hypoglycemie door je insuline aan te passen en koolhydraten te eten.
- Intensiteit van het sporten: De mate van inspanning beïnvloedt je glycemiecontrole. Sporten aan hoge intensiteit kan je bloedsuikergehalte sneller doen stijgen dan een inspanning aan lichte of matige intensiteit. Houdt rekening met je ademhaling en hartslag.
- Opwarming en cool-down: Dit helpt om het verloop van je glycemie beter te controleren. Bij een plotse stop kan meteen na het sporten een hyperglycemie optreden. Door een geleidelijke start en stop kan je plotselinge veranderingen in bloedsuiker vermijden.
- Goed materiaal: Zorg voor betrouwbaar diabetesmateriaal, zoals een goed-werkende sensor, eventueel bevestigd met extra kleefmateriaal of een band, en/of extra strips en vingerprikker.
- Rust: Herstel is essentieel, tijdens de rustperiode worden je spieren terug aangevuld met glycogeen, hierdoor kan er een dalende trend zijn in de glycemie. Houdt rekening met kans op nachtelijke hypoglycemie, inspanning kan tot 12-24u effect hebben op je glucoseregeling.
- Regelmaat: Train minimaal om de twee dagen om de bloedsuiker onder controle te houden. Bij sporten om de andere dag zal er een blijvende verminderde insulinenood zijn. De insulinetherapie dient dan aangepast te worden.
De startglycemie bepaalt de inspanning
De startglycemie beïnvloedt je handelingen vóór en tijdens het sporten. Een startglycemie van ongeveer 150 mg/dl is ideaal en biedt de vrijheid om te kiezen tussen verschillende soorten sporten. Een startglycemie van ≤ 120 mg/dl verhoogt de kans op hypoglycemie tijdens het sporten, terwijl een te hoge startglycemie, ≥ 270 mg/dl, het risico op de vorming van ketonen vergroot. Sporten met ketonen wordt sterk afgeraden!
Een te hoge startglycemie kan veroorzaakt worden door een overmatige inname van koolhydraten of door stress, bv. bij een wedstrijd. In de meeste gevallen zijn er dan geen ketonen aanwezig en kun je wel sporten. Door een te hoge glycemie omwille van te weinig insuline aan boord kunnen er ketonen ontstaan wanneer de activiteit intens opgestart wordt zonder verdere opvolging. Bij een te hoge startglycemie is het dus raadzaam om de aanwezigheid van ketonen in het bloed te meten. Op basis van deze meting kun je beslissen of je de inspanning start of uitstelt.
De duur, het type en de intensiteit van de inspanning beïnvloedt op zijn beurt het verdere glycemieverloop. Hieronder lees je waarom je bij een lagere aanvangsglycemie wel al kan starten met krachtsport.
Bloedsuikerspiegel |
Handelingen |
< 90 mg/dl |
Start inspanning pas wanneer > 90 mg/dl, inname extra koolhydraten |
90 – 124 mg/dl |
Anaerobe inspanning, inname extra koolhydraten |
125 – 180 mg/dl |
Aerobe en/of Anaerobe inspanning |
181 – 270 mg/dl |
Aerobe inspanning |
> 270 mg/dl |
Indien onverklaarbaar, meet ketonen!
|
Lees meer op: Insuline aanpassen en Voeding aanpassen
De inspanning beïnvloedt de glycemie
De duur, het type en de intensiteit van de inspanning bepalen welk energiesysteem je lichaam aanspreekt en het energiesysteem beïnvloedt dan weer het effect op je bloedsuikerspiegel. In het algemeen zal bij een aerobe inspanning de glycemie dalen (bv. wandelen, fietsen, joggen), terwijl een anaerobe inspanning zorgt voor een stijgende glycemie (bv. gewichtheffen, sprinten).
Sommige sporten zijn natuurlijk een combinatie van aerobe en anaerobe inspanning, denk aan voetballen of basketten. Deze sporten kunnen soms langer duren, maar je trekt ook vaak een spurtje. De bloedsuikerspiegel kan dus dalen of stijgen.
Bij fitnessen kan je beter eerst je krachttraining doen (glycemie stijgt) en nadien de cardiotraining (de glycemie daalt). Maar als je bloedsuikerspiegel bij aanvang al hoog staat, doe je net het omgekeerde.
Personen met T1D kunnen zowat alle sporten beoefenen, zowel individuele sporten als teamsporten. Extra waakzaamheid is echter aangeraden bij sporten waarbij het optreden van een hypoglycemie levensgevaarlijk kan zijn, bv. duiken, klimmen, surfen. Indien er diabetes-gerelateerde complicaties aanwezig zijn, zoals hart- en vaatziekten of neuropathie, wordt er geadviseerd om een arts te raadplegen vooraleer het sporten wordt gestart.

Lees meer:
Gezondsporten.be - Informatiebrochure voor het begeleiden van sporters met diabetes
Gezondsporten.be - Type 1 diabetes en sport
DiaT1op - Brochure “Sporten met diabetes type 1”
Gezondleven.be - Bewegen bij diabetes type 1: waarom, hoeveel en hoe?
Diabetes Liga – Diabetes en Sporten
Diabeter.nl - Sport, bewegen en diabetes